Corruptie is diepgeworteld in Irak en doordringt alle lagen van overheid en samenleving, inclusief de Koerdische Autonome Regio (KAR). Het gaat om systemische praktijken die geworteld zijn in familiebanden, tribale en religieuze loyaliteiten en het muhasasa-systeem, waarbij politieke posities langs etno-sektarische lijnen worden verdeeld. Politieke partijen misbruiken ministeries voor zelfverrijking, innen steekpenningen en monopoliseren sectoren, terwijl milities zowel van corruptie profiteren als deze beschermen. Dit voedt wantrouwen, vooral onder jongeren, en lag mee aan de basis van de Tishreen-protesten van 2019.
Ondanks de oprichting van instellingen zoals de Integrity Commission en de Central Anti-Corruption Criminal Court (CACC), blijven resultaten beperkt door politisering, gebrek aan middelen en politieke tegenwerking. Journalisten, activisten en klokkenluiders die corruptie aankaarten, riskeren arrestaties, intimidatie en geweld. Transparency International rangschikt Irak in 2024 op plaats 140 van 180 landen, met een score van 26/100. De Wereldbank en Freedom House bevestigen dat corruptie leidt tot verzwakte dienstverlening en structureel wantrouwen in de overheid.
Corruptie manifesteert zich ook in documentenfraude. Valse identiteitskaarten, paspoorten en nationaliteitsbewijzen circuleren al decennia. De introductie van elektronische identiteitskaarten en paspoorten met biometrische data en de digitalisering van de bevolkingsregisters hebben de fraudebestendigheid verhoogd. Desondanks blijven fraude en omkoping een probleem, vooral bij uitgifteprocedures van documenten.
Politique de traitement
Depuis 2013, la situation sécuritaire dans la région a été largement déterminée par la montée de l'État islamique en Irak et en Syrie (EI) et par la lutte contre celui-ci. Le 9 décembre 2017, le premier ministre alors en fonction, M. al-Abadi, a annoncé que la dernière partie de la zone occupée par l'EI en territoire irakien avait été reprise, mettant ainsi fin à la guerre terrestre contre l'organisation terroriste. La victoire sur l’EI et la reconquête des zones occupées par l’organisation ont manifestement eu un impact positif et tangible sur les conditions de sécurité en Irak. Toutefois, les cellules de l’EI restent actives dans plusieurs provinces et les forces de sécurité irakiennes, les milices chiites et les peshmergas kurdes mènent toujours des opérations contre l’organisation. Cela se traduit par un niveau de violences, une échelle de la violence aveugle et un impact du conflit sur la population qui varient fortement d’une région à l’autre. Par ailleurs, dans le cadre du conflit avec le PKK, l’armée turque procède à des attaques aériennes et mène des opérations terrestres contre des cibles liées au PKK dans les zones frontalières du nord de l’Irak.