Veiligheidssituatie in Mogadishu

Français

Dit onderzoek maakt een stand van zaken op over de veiligheidssituatie in de Somalische hoofdstad Mogadishu. Het richt zich in het bijzonder op de periode van 1 januari 2023 tot 1 juli 2023. Dit document is een update van de COI Focus van 21 maart 2023. Cedoca heeft het onderzoek afgesloten op 15 juli 2023.

De veiligheidssituatie in Somalië blijft ook tijdens de huidige verslagperiode volatiel. Verschillende bronnen, waaronder de VN-Veiligheidsraad, beschouwen de terreurgroep AS als een ernstige bedreiging voor de vrede en de stabiliteit. Hoewel het recente offensief tegen AS de groep in bepaalde delen van het land heeft teruggedongen, blijft AS nog steeds een ernstige dreiging voor de veiligheid, volgens het hoofd van UNSOM.  In maart 2023 kondigt de Somalische president een tweede antterreuractie aan, dit keer in het zuiden van het land, maar in juni 2023 lijkt deze nog niet opgestart. In vergelijking met de vorige verslagperiode, juli-december 2022, registreert ACLED voor het eerste en tweede kwartaal van 2023 minder incidenten. De meeste veliigheidsincidenten in deze verslagperiode noteert ACLED in de regio Banadir (290 incidenten), gevolgd door Lower Shabelle (256) en Hiiraan (132).

Voor de hoofdstad Mogadishu noteert ACLED minder geweldincidenten (290) voor deze verslagperiode in vergelijking met de vorige (368). Mogelijke verklaringen zijn de focus van de terreurgroep op het tegen hen gerichte militaire offensief elders in het land en het succesvol verstoren van de AS-slagkracht in Mogadishu door regeringstroepen. Gevechten tussen de veiligheidsdiensten en de terreurgroep nemen af (ACLED-categorie battles), maar het gebruik van explosieven door AS (explosions/remote violence) en gericht geweld tegen burgers (violence against civilians) neemt licht toe.

Een analyse van de door ACLED geregistreerde incidenten in Mogadishu toont dat er vooral schietincidenten (63 %) plaatsvinden, soms in combinatie met ander gewapend geweld. Het gaat om gerichte moordaanslagen met een vuurwapen op een individu, vuurgevechten tussen AS en de veiligheidsdiensten na hit-and-run- of granaataanvallen van de terreurgroep en om schietincidenten tussen de veiligheidsdiensten onderling. Bij 24 % van het genoteerd geweld gaat het om granaataanvallen al dan niet gevolgd door een vuurgevecht. Aanslagen met geïmproviseerde explosieven komen in 19 % van de geregistreerde incidenten voor. Er vindt tijdens de huidige verslagperiode geen zware terreuraanslag plaats met een hoog aantal dodelijke slachtoffers.

AS voert in Mogadishu gerichte moorden en terreuraanslagen uit tegen onder meer binnenlandse overheidsambtenaren, de aanwezige veiligheidsdiensten, verkiezingsafgevaardigden, clanoudsten, zakenlui, hotels, politiekantoren en controleposten. In de eerste helft van 2023 pleegt AS gerichte moordaanslagen tegen burgers, waaronder clanoudsten en politici, die betrokken zijn bij het militair offensief in de regio’s Hiiraan, Middle Shabelle en Galgaduud, vermoedelijk als represaille. AS voert ook gerichte aanslagen uit tegen drugsdealers en bendeleden, vermoedelijk om de sympathie van de inwoners van de hoofdstad te winnen.

Naast AS zijn de aanwezige veiligheidsdiensten, clanmilities en onbekende gewapende groepen verantwoordelijk voor het geweld. Het geweld door de criminele jeugdbende Ciyaal Weero neemt toe in de hoofdstad.

Verschillende bronnen waarschuwen dat de focus op het terreurgeweld in de hoofdstad andere vormen van geweld aan de aandacht onttrekt. Het is ook niet altijd duidelijk wie effectief verantwoordelijk is voor het geweld noch wat het motief is. Deze bronnen wijzen op het wanbeheer, de corruptie, de clanrivaliteit, de slechte coördinatie binnen de veiligheidsdiensten en het gebrek aan civiele controle. Tijdens de ordehandhaving doen zich misbruiken voor. Er heerst een klimaat van straffeloosheid. AS is diep geïnfiltreerd in de veiligheidsdiensten, die er niet in slagen de burgerbevolking afdoende te beschermen tegen het (terreur)geweld. Bovendien heerst er wantrouwen tegen deze diensten. Hierdoor staan burgers in voor hun eigen veiligheid en bescherming en beroepen ze zich op clanoudsten, invloedrijke zakenlui, milities, burgergroepen, religieuze autoriteiten, privémilities en AS.

De clan van de Hawiye is dominant in de hoofdstad, voornamelijk de subclans van de Abgaal, Habar Gidir en Murasade, en enkel zij hebben milities actief in de hoofdstad. Somali van andere clans kunnen bescherming genieten van een lokale beschermheer. De clan waartoe een persoon behoort, biedt geen bescherming tegen indirect geweld (“being at the wrong place at the wrong time”), tegen een aanval van een onbekende dader of tegen een aanslag van AS, aldus verschillende bronnen. Wel kan de clan als afschrikkingsmiddel dienen voor gewelddadige misdrijven.

Verschillende bronnen stellen dat iedereen in de stad geconfronteerd wordt met veiligheidsrisico’s. Het soort geweld, de intensiteit ervan en de verslaggeving erover verschilt naargelang de locatie. De meeste van de door ACLED geregistreerde gewelddaden vinden in de verslagperiode plaats in de buitenwijk Dayniile, gevolgd door de districten Hodan en Dharkenley.

Eind juni 2023 schat UNHCR het aantal ontheemden in Somalië op 3,86 miljoen, een recordaantal. Door de droogte neemt de ontheemding op grote schaal toe. Mogadishu herbergt de meeste IDP’s in het land. Ze leven verspreid over naar schatting 700 informele nederzettingen samen met andere kwetsbare groepen: economische vluchtelingen en armen. Terugkeerders uit de diaspora, uit Kenia, Libië en Jemen, settelen zich ook meestal in de hoofdstad. Uit armoede en bij gebrek aan netwerk belanden sommigen onder hen in de irreguliere ontheemdenkampen. Ontheemden leven in illegale, geïmproviseerde kampen, beheerd door privépersonen (gatekeepers) en hebben geen adequate water- of sanitaire voorzieningen tot hun beschikking. Ze worden ook vaak slachtoffer van gedwongen uitzettingen door de stijgende grond- en eigendomsprijzen in de hoofdstad. Ontheemden lopen een zeer groot risico op acute ondervoeding omdat ze voor hun voedsel voornamelijk afhankelijk zijn van humanitaire hulp. De meeste IDP’s behoren tot groepen die weinig invloed kunnen uitoefenen, met name de Digil-Mirifle-clan en ook Somalische Bantoe uit het zuiden van het land. De Digil-Mirifle-clan spreekt bovendien een minderheidstaal wat hun toegang tot informatie, diensten en hulp bemoeilijkt.

Mogadishu blijft de belangrijkste economische hub, ondanks de chronische onveiligheid. Sinds 2013 verbetert de economische situatie gestaag, maar de groeimarge is te klein om genoeg werk te voorzien voor de groeiende arbeidsbevolking. De arbeidsmarkt is zeer beperkt. De meerderheid van de inwoners verdienen een inkomen via de informele economie. De oorlog in Oekraïne en de droogte zorgen voor stijgende voedsel- en olieprijzen. Dagelijks komen nieuwe ontheemden uit de door droogte geteisterde gebieden aan, wat de druk op de schaarse hulpbronnen vergroot. Gezondheidszorg, onderwijs, huisvesting en andere diensten in de hoofdstad zijn ondermaats. De droogte treft ontheemden, die al in een kwetsbare positie zitten, zwaar. Ze lijden disproportioneel onder werkloosheid, de hoge voedsel- en olieprijzen en gebrek aan water, sanitaire voorzieningen en gezondheidszorg.

Politique de traitement

Depuis la chute du président Siad Barre en 1991, les conditions générales de sécurité en Somalie sont dans une large mesure déterminées par un conflit armé de longue durée ayant entraîné le déplacement interne de très nombreux Somaliens ou leur fuite à l’étranger. Ce conflit consiste essentiellement en des affrontements opposant l’organisation armée Al-Shabaab, qui contrôle surtout les campagnes du centre et du sud du pays, aux forces de sécurité nationales et internationales.

Cette situation extrêmement complexe n’est pas de nature telle que tout Somalien doive, par définition, bénéficier d’un statut de protection internationale du seul fait de son origine. Pour certains profils, la crainte de persécution est sérieuse et fondée. Ces profils peuvent dès lors compter sur la reconnaissance du statut de réfugié.

Il ressort des informations disponibles que le degré des violences, l’ampleur de la violence aveugle et l’impact du conflit en Somalie varient considérablement d’une région à l’autre. Bien que la situation dans certaines régions puisse être très complexe, il ressort de ces informations qu’aucune région de Somalie ne présente une situation exceptionnelle où le degré de la violence aveugle serait tel qu’il y aurait de sérieux motifs de croire qu’un civil, du seul fait de sa présence sur place, y courrait un risque réel d’être exposé à une menace grave pour sa vie ou sa personne au sens de l’article 48/4, § 2, c) de la loi du 15 décembre 1980.

Land: 
Somalie