Internationale Dag tegen Vrouwelijke Genitale Verminking

6 februari – Internationale Dag tegen Vrouwelijke Genitale Verminking (VGV)

Vrouwelijke genitale verminking (VGV) is een vorm van vervolging die opgenomen is in de Wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. Het CGVS heeft de verzoeken gebaseerd op een dergelijke vrees altijd zo omzichtig mogelijk en met bijzondere aandacht behandeld.

Tien jaar geleden begon het CGVS met de opvolging van minderjarige meisjes die als vluchteling werden erkend op basis van vrees voor VGV. De bedoeling hiervan is te controleren of deze meisjes intact blijven nadat de vluchtelingenstatus hen in België werd erkend. De vluchtelingenstatus biedt namelijk niet noodzakelijk een absolute bescherming voor het minderjarige meisje, aangezien er, zelfs in België, in Europa, een risico op genitale verminking kan bestaan, vaak vanwege leden van de familie.

Ter gelegenheid van deze Internationale Dag tegen VGV volgen hier enkele cijfers en vaststellingen over deze opvolging.

  • Op dit ogenblik gaat het om 1703 intacte minderjarige meisjes.
  • Het betreft meer dan dertig verschillende nationaliteiten. In vergelijking met de rest van de groep is er een land dat eruit springt: Guinee (73,69 % bezitten de Guineese nationaliteit), gevolgd door Somalië (5,05 % van de meisjes), Djibouti (3,22 %), Ivoorkust (1,70 %) en Mauritanië (1,58 %).

Met betrekking tot de geboorteplaats:

  • 56,98 % van deze intacte meisjes is geboren in België.
  • 40,56 % is geboren in het land van herkomst van hun ouders.
  • Ongeveer 2 % is geboren in een ander land dan België of het land van herkomst van hun ouders.

Meer informatie over de opvolgingsprocedure.

06 februari 2018

Informatie over de asielprocedure op maat van de asielzoeker, vindt u op : asyluminbelgium.be.